Waarmee kunnen we u helpen?

-

Grondentrechter in het omgevingsrecht, maar niet in planschadezaken en nadeelcompensatiezaken

Wanneer u het niet eens bent met een besluit van de overheid, zoals de gemeente of de provincie, dan heeft u de mogelijkheid om daar tegen op te komen. Dit kan bij de overheid door middel van een zienswijze en/of bezwaar en bij de bestuursrechter in beroep en hoger beroep. De redenen waarom u het niet eens bent met een besluit worden de ‘gronden’ genoemd. De gronden kunnen betrekking hebben op verschillende onderdelen van een besluit. Bijvoorbeeld: licht, geluid, natuur, milieu of schade.

De bestuursrechter hanteerde tot voor kort een zogenaamde ‘grondentrechter’. De gronden in hoger beroep mochten in alle bestuursrechtelijke procedures niet (in vergaande wijze) afwijken van de gronden die bij de bestuursrechter in beroep waren ingebracht en behandeld. Voor het eerst in hoger beroep aangevoerde gronden werden dan ook in beginsel buiten beschouwing gelaten.

Tenminste, dat was tot voor kort zo. Ter bevordering van de rechtseenheid tussen de hoogste bestuursrechters en om redenen van rechtsbescherming, heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (hierna: ‘de Afdeling’) op 9 februari 2022 aanleiding gezien om de grondentrechter – behoudens in het omgevingsrecht –  te verlaten.

Wél een grondenfuik in het omgevingsrecht

De Afdeling blijft in zaken over omgevingsrechtelijke besluiten de grondentrechter hanteren om recht te doen aan de positie van derden-belanghebbenden (bijvoorbeeld omwonenden) en de rechtszekerheid. In andere zaken, ook waar belangen van derden betrokken (kunnen) zijn, zal de grondentrechter echter niet meer gehanteerd worden. U kunt dan denken aan bijvoorbeeld procedures tegen het (al dan niet) verlenen van exploitatie- en evenementenvergunningen. Ter verduidelijking heeft de Afdeling een niet uitputtende lijst van wetten opgesomd waarvan de aanhangige procedures tegen besluiten op grond van die wetten worden aangemerkt als ‘omgevingsrechtelijke zaken’.

Ondanks het verlaten van de grondentrechter gelden er nog wel enige beperkingen voor het aanvoeren van (geheel) nieuwe gronden in hoger beroep. Zo zullen bijvoorbeeld de gronden die uitdrukkelijk zijn prijsgegeven, buiten beschouwing worden gelaten als zij in hoger beroep (opnieuw) worden uitgevoerd.

Geen grondenfuik in planschadezaken en nadeelcompensatiezaken

Op 9 maart 2022 beantwoordde de Afdeling aan de hand van de hierboven uiteengezette rechtspraak een interessante vraag. In de procedure die voorlag had de appellant aan het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Bunnik gevraagd om een tegemoetkoming in planschade. Hij stelde dat zijn woning minder waard was geworden als gevolg van omgevingsvergunningen die waren verleend voor het plaatsen van een condensator, het plaatsen van reclamewerk én ten gevolge van een wijziging van het bestaande bestemmingsplan waardoor een uitbreiding van een supermarkt mogelijk werd gemaakt.

In de procedure bij de rechtbank had de appellant in zijn beroepschrift gronden aangevoerd over de planschade ten gevolge van de verleende omgevingsvergunningen. Twee weken voor de zitting bracht hij nog een advies in de procedure in over de weigering om planschade toe te kennen ten gevolge van de planologische verandering. De rechtbank achtte het dusdanig kort voor de zitting inbrengen van nieuwe beroepsgronden in strijd met de goede procesorde. Het advies werd door de rechtbank buiten beschouwing gelaten.

De Afdeling laat in haar beoordeling in het midden of de rechtbank terecht het advies buiten beoordeling heeft gelaten vanwege de strijd met de goede procesorde. Onder verwijzing naar de uitspraken van 9 februari 2022 overweegt de Afdeling dat alhoewel een besluit over planschade gebaseerd is op artikel 6.1 Wet ruimtelijke ordening (en dus was opgenomen in de eerder besproken lijst) de Afdeling in haar uitspraken van 9 februari 2022 niet voor ogen had om zaken over tegemoetkoming in planschade als ‘omgevingsrechtelijke zaken’ aan te merken.

De Afdeling oordeelt eveneens dat er geen onderscheid moet worden gemaakt tussen planschadezaken en andere nadeelcompensatiezaken. Net als bij nadeelcompensatiezaken, waarbij het gaat om schade die beweerdelijk is veroorzaakt door een besluit dat niet is gebaseerd op het omgevingsrecht, verlaat de Afdeling bij planschadezaken en andere nadeelcompensatiezaken in het omgevingsrecht de grondentrechter. Wél blijven de al eerder besproken beperkingen op deze vernieuwde lijn van kracht.

Laat u tijdig adviseren

Indien u van oordeel bent dat u door een besluit van de overheid schade lijdt, kunnen ook na de uitspraak van de rechtbank nog nieuwe gronden van belang zijn. Ons advies is dan ook om tijdig een juridische deskundige in te schakel. Onze advocaten en juristen staan voor u klaar en informeren u graag verder.

Jop van Heijningenauteur:
Jop van Heijningen
jvanheijningen@benthemgratama.nl
+31 (0)6 822 552 88

 

Jasminke Meesterauteur:
Jasminke Meester
jhmeester@benthemgratama.nl
+31 (0)6 820 539 52

U gebruikt een verouderde browser van Internet Explorer die niet meer wordt ondersteund. Voor optimale prestaties raden wij u aan om een nieuwere browser te downloaden. Hiervoor verwijzen wij u door naar:

browsehappy.com sluiten