Waarmee kunnen we u helpen?

-

Is veehandel landbouwkundig gebruik van grond?

Pacht vereist een bedrijfsmatige uitoefening van landbouw. De omstandigheid dat er niet langer sprake is van landbouwkundig gebruik is een grondslag voor ontbinding van de pachtovereenkomst.

De pachtkamer van de Rechtbank Oost-Brabant heeft bij vonnis van 28 maart 2024 geoordeeld over de vordering van de gemeente tot ontbinding van de pachtovereenkomst, op de grond dat er geen sprake was van landbouwkundig gebruik door de gedaagde.

De feiten

Gedaagde is op 12 november 2012 pachter geworden van het betreffende perceel. De pachtovereenkomst is op 17 mei 2013 goedgekeurd door de grondkamer. In 2021 heeft de gemeente onderzoek verricht naar het correct en rechtmatig gebruik van het verpachte perceel. Gedaagde heeft in dit kader, ondanks meerdere verzoeken, geen informatie verschaft. De gemeente heeft door middel van onderzoek bij de Kamer van Koophandel en door eigen waarnemingen de situatie bij gedaagde beoordeeld. De gemeente kwam tot de conclusie dat gedaagde zijn hoofdfunctie buiten de landbouw heeft. Volgens de gemeente was er dus geen sprake van exploitatie van een agrarische onderneming.

De gemeente heeft op 3 mei 2022 aan de gedaagde kenbaar gemaakt dat zij de pachtovereenkomst wil beëindigen, vanwege het ontbreken van landbouwkundig gebruik. Gedaagde heeft zich verweert door te stellen dat hij veehandelaar is én dat hij zich bezighoudt met het opfokken van paarden. De gedaagde heeft geen stukken ingebracht om zijn stelling te onderbouwen.

De gemeente heeft een uittreksel van de Kamer van Koophandel ingebracht. Daaruit volgt dat het inkomen van gedaagde voortkomt uit veehandel. De gemeente vordert ontbinding van de pachtovereenkomst, omdat veehandel niet onder de pachtregeling valt.

Wat is landbouwkundig gebruik?

Artikel 7:312 BW geeft een definitie van wat onder (bedrijfsmatige) landbouw moet worden verstaan:

  • Akkerbouw;
  • Weidebouw;
  • Veehouderij;
  • Pluimveehouderij;
  • Tuinbouw, daaronder begrepen fruitteelt en het kweken van bomen, bloemen en bloembollen;
  • De teelt van griendhout en riet;
  • Elke andere tak van bodemcultuur, met uitzondering van bosbouw.

Opmerking verdient dat van een veehouderij, in de zin van artikel 7:312 BW, geen sprake is bij activiteiten die bestaan uit het verlenen van diensten met betrekking tot dieren, zoals: een manege of een dierenpension. Beslissend is of de dieren of producten die de dieren voortbrengen voor de verkoop zijn bestemd.[1]

Het oordeel van de pachtkamer

De pachtkamer oordeelt dat veehandel niet onder de definitie van landbouwkundig gebruik valt. Veehandel: het inkopen (of eventueel innemen) en vervolgens verkopen, valt dus niet binnen de genoemde activiteiten in artikel 7:312 BW.

De gedaagde heeft gesteld dat hij altijd veehandelaar is geweest en dat hij zijn bedrijfsvoering na 2011 niet heeft veranderd. Bij het aangaan van de pachtovereenkomst heeft de gemeente ook zijn bedrijf laten toetsen. Op dat moment was er volgens de gemeente sprake van bedrijfsmatige pacht.

Voornoemde vindt de pachtkamer niet relevant. De gedaagde gebruikt het gepachte niet ten behoeve van de landbouw. Dat het gebruik vanaf het aangaan van de pachtovereenkomst al moet worden gezien als niet landbouwkundig, maakt niet dat er geen sprake is van een tekortkoming. De gedaagde schiet dus tekort in de nakoming van de pachtovereenkomst. De pachtkamer heeft de pachtovereenkomst ontbonden.

Meer informatie?

Wil u meer weten over de beëindiging van pacht? Neem dan contact op met één van onze pachtspecialisten

auteur:
Sanne Oxener
soxener@benthemgratama.nl
+31 (0)6 455 694 46

U gebruikt een verouderde browser van Internet Explorer die niet meer wordt ondersteund. Voor optimale prestaties raden wij u aan om een nieuwere browser te downloaden. Hiervoor verwijzen wij u door naar:

browsehappy.com sluiten