Op 1 januari 2019 is het voorstel ‘Gebalanceerde Groei’ ingevoerd door De Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A., hetgeen kort samengevat een beperking van de melklevering van de leden aan FrieslandCampina inhoudt. Alle leden krijgen een ‘individueel vergelijkingsvolume’ dat bepaalt hoeveel kilogram melk voor de garantieprijs kan worden geleverd aan FrieslandCampina. FrieslandCampina lijkt hiermee een privaatrechtelijk ‘fabrieksquotum’ in het leven te hebben geroepen. Wat zijn de gevolgen van dit fabrieksquotum voor de leden van de Zuivelcoöperatie? En zijn er nog mogelijkheden om op te komen tegen deze beperking van de melklevering aan de fabriek?
In de zomer van 2018 hebben de leden van FrieslandCampina ingestemd met het voorstel Gebalanceerde Groei en aanpassing van het Melkgeldreglement. FrieslandCampina wil met het fabrieksquotum het aanbod van melk beter afstemmen op de vraag vanuit de markt en zo meer grip houden op de marktwaarde van haar producten.
Naar verwachting zal het fabrieksquotum meerdere jaren van kracht blijven en kunnen de gemiste melkopbrengsten daardoor oplopen tot aanzienlijke bedragen.
Alle leden hebben in het najaar van 2018 een individueel vergelijkingsvolume ontvangen, gebaseerd op verschillende referentieperiodes uit het verleden. Dit persoonlijke quotum bepaalt hoeveel kilogram melk het betreffende lid mag leveren tegen de garantieprijs. Alle geleverde aantal kilogrammen boven dit quotum worden ‘gekort’ met 10 cent per kilogram.
Leden die het niet eens waren met de berekening van dit persoonlijke quotum konden tot 18 januari 2019 een verzoek om aanpassing indienen. Aanpassingsverzoeken kwamen bijvoorbeeld van leden die tijdens één of meerdere referentieperiodes te maken hebben gehad met onvoorziene omstandigheden zoals dierziekte of een tijdelijke opschorting van de melkinname. Deze leden hebben als gevolg van de bijzondere omstandigheid een lager individueel vergelijkingsvolume ontvangen dan zij zouden hebben gehad zonder die omstandigheid. Daarnaast zijn er leden die in 2018 fosfaatrechten hebben aangeschaft, die door het fabrieksquotum niet volledig kunnen worden benut. Leden die te maken hebben met één van deze omstandigheden lopen door het lage individuele vergelijkingsvolume in de toekomst aanzienlijke melkopbrengsten mis.
FrieslandCampina heeft recentelijk besluiten genomen betrekking tot de ingediende aanpassingsverzoeken. Leden die het niet eens zijn met deze beslissing kunnen op twee manieren nog actie ondernemen.
Heeft u als melkveehouder hiermee te maken of heeft u nog andere vragen omtrent dit onderwerp? Neem gerust contact op dan helpen wij u graag verder.
Marjet Bartelds