Nu de financiën van bedrijven nog steeds onder druk staan is het verstandig om de gevolgen van bestaande borgstellingsovereenkomsten te checken. Hoewel de echtgenote soms ook toestemming dient te geven voor de borgstelling, is de professionele kredietverlener niet altijd verplicht om deze echtgenote te informeren over de risico’s en gevolgen van een dergelijke overeenkomst. Tot hoe ver reikt de mededelingsplicht van een kredietverlener?
Op de kredietverlener rust een mededelingsplicht jegens een particuliere borg over de risico’s van een borgstelling. Deze mededelingsplicht betreft in beginsel niet de echtgenote van de borg, ongeacht de vraag of ze op grond van artikel 1:88 BW toestemming dient te verlenen voor een borgstelling. Echter, onder bepaalde omstandigheden dient de kredietverlener op grond van de redelijkheid en billijkheid de echtgenote wel te informeren over de risico’s, aldus de Hoge Raad. Die situatie doet zich bijvoorbeeld voor op het moment dat de echtgenote zelf klant is van de kredietverlener. De kredietverlener heeft dan een zelfstandige waarschuwingsplicht jegens de echtgenote.
De mededelingsplicht van de kredietverlener richting de echtgenote van de borg is dus afhankelijk van de situatie. Wilt u onduidelijkheid en onnodige ellende voorkomen, vraag dan naar de risico’s en gevolgen van een borgstellingsovereenkomst. Een juridische check kan ook uitkomst bieden. De volledige uitspraak van de Hoge Raad kunt u hier nalezen.