Stel: u heeft als ondernemer machines verhuurd aan een andere vennootschap. Wanneer die vennootschap belastingschulden heeft, kan de Belastingdienst bodembeslag leggen op alle bodemzaken op de bodem van de belastingschuldige, ook op zaken die uw eigendom zijn. De fiscus kan zich dus verhalen op uw eigendom voor schulden van een ander. Het bodemrecht van de fiscus lijkt onaantastbaar, maar er zijn voor u als ondernemer een aantal mogelijkheden om op te komen tegen het bodembeslag. In deze blog vertel ik hier meer over. Bij bodembeslag geldt in ieder geval één belangrijke regel: de termijnen zijn kort, dus snelheid is geboden!
De Belastingdienst kan op grond van artikel 22 Invorderingswet 1990, voor bepaalde belastingschulden beslag leggen op alle bodemzaken die zich ten tijde van de beslaglegging op de bodem van de belastingschuldige bevinden, ook op zaken van anderen. Bodemzaken zijn roerende zaken die op de bodem van de belastingschuldige staan en dienstbaar zijn aan die bodem. Voorbeelden van bodemzaken zijn kantoormeubelen, machines en winkelinventarissen. Op zaken die niet bestemd zijn om duurzaam ter plaatse te blijven, zoals handelsvoorraden en voertuigen, kan geen bodembeslag worden gelegd.
Ook wanneer de belastingschuldige al failliet is verklaard, kan de Belastingdienst bodembeslag leggen op uw zaken en deze executeren.
Het voorkomen van een bodembeslag op uw goederen bij een derde, is natuurlijk de beste optie. Er zijn een tweetal mogelijkheden om een bodembeslag te voorkomen.
Als het bodembeslag al is gelegd, heeft u nog een aantal mogelijkheden om uw eigendom veilig te stellen:
Het bodembeslag is een verstrekkend middel waarbij de fiscus zich ook kan verhalen op zaken van een ander dan de belastingschuldige. Wanneer u geconfronteerd wordt met bodembeslag op uw zaken bij een derde zijn er mogelijkheden om op te komen tegen het beslag. Snelheid is daarbij van groot belang.
Heeft u vragen over bodembeslag of wordt u er mogelijk mee geconfronteerd? We helpen u graag verder.
Marjet Bartelds